Wedstrijdverslag Trans Schwarzwald

Met pas 1 marathon in de benen en weinig ervaring in meerdaagses toogde ik samen met mijn moeder af richting Offenburg in het Zwarte Woud voor de Trans Schwarzwald. Vijf dagen knallen over een totale afstand van meer dan 400 km met daarin bijna 12.000 hoogtemeters. De dagen van tevoren voelde ik me niet top, werd zelfs bijna ziek, en moest ik noodgedwongen rustig aan doen, hopend dat ik het goede gevoel van de Saarschleifen marathon weer te pakken zou krijgen.

Ik had er wel ontzettend veel zin in en was erg benieuwd hoe ik me zou verhouden tegenover het ontzettend sterke startveld. Wereldtoppers uit zowel de marathon als de cross-country stonden aan het vertrek dus de benen voelden het melkzuur al in de lucht hangen.

Etappe 1: Offenburg - Sasbachwalden – 67km/2300hm

Op m’n verjaardag kregen we direct een fikse rit voorgeschoteld om de 5 dagen mee af te trappen. Ik had voor mezelf geen doelstelling qua uitslag gesteld maar wist wel hoe ik de etappe aan wilde pakken. Direct na de neutralisatie van 3km kregen we een forse startklim voor de kiezen, die ik al had verkend.

Ik besloot behouden te starten om te voelen hoe de benen zouden zijn. Al vrij snel voelde ik dat ik frisser was dan verwacht en een paar tandjes bij kon zetten en ik sloot aan bij de achtervolgende groep. Het tempo lag daar onwijs hoog, in de eerste lange afdaling sloten we dus weer aan bij de kopgroep. Hmm, dit ging wel heel erg lekker.

We waren echt aan het knetteren over de brede schotterpaden, een waanzinnig gevoel met zo’n grote groep. In de tweede lange klim van de dag maakten we de schifting met een kopgroep van 13 man. In de finale moest ik uiteindelijk toch lossen en kwam ik alleen te zitten op het laatste vlakke stuk. Ik was bang veel tijd te verliezen maar op de finish viel de schade mee, na bijna 3 uur koers zat ik 8 minuten achter de winnaar. Bovendien voelde ik me beter dan ik had verwacht en had ik het idee nog wel verder in de wedstrijd te kunnen groeien.

Etappe 2: Sasbachwalden -  Bad Rippoldsau – 66km/2500hm
De organisatie vond de start van de eerste etappe denk ik niet pittig genoeg, dus hadden ze voor de volgende een van een totaal andere orde uitgezocht. De startklim van de tweede rit ging over 3km met ruim 13 procent gemiddeld omhoog.

Een voordeel, ik had een ontzettend goeie nacht gehad en voelde me eigenlijk beter dan voor de start van de eerste rit. Wel wist ik dat ik m’n kruit volledig kon verschieten als ik mee probeerde te gaan op de eerste klim dus ik koos direct m’n eigen tempo. Dat betaalde zich in de volgende klimmen direct uit, waar ik mensen begon op te rapen.

Gedurende de etappe schoof ik steeds verder naar voren en over de technische singletrails, die we op dag 1 naar beneden reden, gingen we nu weer omhoog. Ik voelde dat ik hier beter ritme kon pakken dan de andere mannen en zat hier eigenlijk op m’n gemak.

Op het hoogste punt van de dag, terwijl ik in de groep zat voor plek 12, zag ik een steen over het hoofd doordat ik bij iemand in het wiel zat. M’n band was kansloos, ik klapte vol op de velg en het leek even mee te vallen maar al snel ging ik dweilend door de bochten.

De band leek dicht te zitten maar na een CO2 patroon te hebben geleegd in m’n band en weer op te zijn gesprongen begon hij te sissen. Weer van de fiets af, en nadat ik een rubber plug in m’n buitenband had gestoken kon ik weer door. Veel sneller dan een band wisselen, dus met al het gemedder bij elkaar verloor ik denk ik 3 tot 3,5 minuut.

Maar zoals gezegd was het op het hoogste punt en volgde er een ontzettend snel stuk. Ik schakelde over naar de brommermodus en probeerde de schade te beperken, als je alleen komt te zitten op zo’n stuk verlies je haast onherroepelijk tijd. Richting de finish kreeg ik toch weer mensen in zicht dus ik had de schade redelijk weten te beperken. Uiteindelijk werd ik 21 en ik zakte naar de 15e stek in het klassement. Gelukkig was er genoeg ruimte voor verbetering.

Etappe 3: Bad Rippoldsau – Donaueschingen – 104km/2600hm
Op papier lijkt het alsof deze rit de hoogtemeters over een langere afstand had uitgesmeerd. In werkelijkheid zat alles in de eerste 67km. Daarna zou een verschroeiende finale volgen, over een schotterpad dat langzaam maar zeker afdaalde naar de finish.

De start was chaotisch, na een neutralisatie van maar liefst 10 kilometer werd de koers vrijgegeven en gingen we er als dwazen vandoor. Ik voelde me weer beter dan de dagen ervoor en zat er erg goed bij. Na 10 minuten koers stroopte het ineens volledig op. Ik zag paniek bij de motards die voorop reden, niemand wist waar we heen moesten. Kennelijk hadden buurtbewoners wat pijlen weggehaald.

Ze probeerden ons een pad op te sturen bij een boertje op het erf. Binnen 10 meter reden we tegen een hek aan dat nog open moest en 100 meter later hield het pad helemaal op. Dit ging niks worden, dus al snel stond werkelijk waar het hele peloton een sanitaire stop te houden. Prioriteiten stellen zeg maar.

We reden terug naar het punt waar we verdwaald raakten en stonden daar misschien wel 15-20 minuten te wachten op de beslissing van de organisatie. Inmiddels stond er denk ik wel 500 man tegen de berg op en alle categorieën, toer- en wedstrijdrijders stonden door elkaar waarmee de chaos compleet was.

Het werd een geneutraliseerde herstart, ik wrong mezelf naar voren en op de eerste lange klim (ruim 500hm) zat ik mee in de kopgroep. Het tempo lag giga hoog en ik moest mezelf even laten zakken om me niet op te blazen. Op de stukken die beter liepen kwam ik er telkens weer bij. We daalden weer helemaal af naar de voet van de berg voor de volgende klim, van 600hm. Hier moest ik lossen bij de kopgroep, maar ik was niet de enige.

Richting de top reed ik 13e maar voor me zaten meer mannen op het vinkentouw. Ik ging ontzettend diep maar sloot aan. De volgende 30km zou over een plateau op hoogte gaan met kortere klimmetjes. Ik was blij dat ik in de groep zat, zo konden we het tempo hoog houden en bovendien reed ik nu voor plek 9.
Met bijna 70km in de benen waren we bij de laatste feedzone. Er volgde nog een bizar steile klim waarna we bijna 30km onafgebroken zouden afdalen. Ik tankte nog even flink bij zodat ik klaar zou zijn voor de finale. De snelheid kwam haast niet onder de 40 en er werd goed gedraaid in de groep.

Vijf kilometer voor de finish volgde er nog een forse klim, samen met Martin Frey van Bulls plaatste ik hier een aanval. We waren weg en over een fantastische flowy singletrail bouwden we onze voorsprong uit. In de laatste kilometer moest ik m’n meerdere echter in hem erkennen en pakte ik plek 10. Wel hadden we ontzettend veel tijd gepakt, waarmee ik maar liefst 4 plekken in het klassement steeg.

Etappe 4: Donaueschingen – Murg – 115km/2200hm
Op papier moest dit helemaal mijn dingetje zijn: de langste etappe en een tikkie sneller dan de vorige ritten en met de hoogtemeters uitgesmeerd over de hele afstand. Na een korte neutralisatie lag het tempo de eerste 25km niet heel hoog. Er werd wat gepraat en een paar vroege vluchters reden weg maar niemand maakte zich druk.

Na een kilometer of 30 reed ik op kop en gingen de pijlen ineens het bos in. We kwamen uit op een singletrail en achter me hoorde ik iedereen vol in de ankers gaan. Er volgde een hele steile klim en toen ik boven kwam had ik ineens een gat van 10 meter. Dit kon nog wel eens een goede dag gaan worden.

Het tempo werd fors opgeschroefd en we reden hele stukken 40-50 aan het uur over schotterpaden, de motard raakte ons zelfs even kwijt. Al snel haalde hij ons weer in maar in een poging voorsprong te pakken zag hij, getuige het remspoor van 30 meter, een haarspeldbocht over het hoofd. Het bleef bij een onschuldig valpartijtje maar het was in ieder geval een mooi spektakel. Op het achterwiel kwam hij weer voorbij en iedereen juichte hem toe.

Op iedere klim ging het gas er vol op, ze waren vandaag niet zo heel lang dus dat kon telkens. Bij de tweede feedzone rond 70km, vlak nadat we de vroege vluchters hadden gepakt, plofte bij een flink deel van de groep de koppakking.

Samen met 6 anderen was ik weg en onze voorsprong liep snel uit. Deze groep bleef tot de voorlaatste klim bij elkaar, waar het gas nog een keer helemaal open ging. Ik moest passen, net als Stiebjahn (Bulls) en Pfrommer (Centurion-Vaude). We vonden snel een goed ritme en het gat op de mannen voor ons was nog niet al te groot.

Pfrommer zat te linkeballen want ploegmaat Pennsteiner (die zijn klassement verdedigde) zat mee in de kopgroep. Stiebjahn en ik knapten tot de laatste klim het vuile werk op, waar Pfrommer een aanval pleegde. Even kon ik mee maar hij ging te hard en ik moest tien meter laten. Hij zakte echter in en tot de top van de klim bleef de afstand hetzelfde, net als de voorsprong van mij op Stiebjahn.

In de finale kwam alles weer bij elkaar en ik voelde me goed, maar doordat ik niet wist hoe de finish kreeg ik het vliegwiel voor de sprint net niet genoeg op gang. Ik was echter dik tevreden met plaats 6 en steeg in het klassement naar plek 10.

Etappe 5: Murg – Feldberg – 60km/2200hm

Net zoveel hoogtemeters als de vorige dag, in de helft van de afstand. Gegarandeerd een spannende finale dus, waarin ik een voorsprong van bijna 2 minuten op de nummer 11 (Markus Bauer, Kreidler Werksteam) moest verdedigen. Ik hield al rekening met een klimtijdrit van 60 kilometer, gelukkig was ik heel goed uit de vorige etappe gekomen.

Direct vanaf de start ging het omhoog en de klim was gemiddeld niet steil maar wel lang, heel erg lang. Gemiddeld ruim 3 procent over bijna 20 kilometer zou wel lekker wat spanning op de bovenbenen brengen. Het tempo lag gigantisch hoog en ik keek niet achterom maar hoorde het wel steeds stiller worden achter me. Steeds minder gekraak van banden op de schotterpaden en steeds minder gesteun onder het tempo dat Centurion-Vaude de voorste groep op lag.

Na 8 kilometer moesten we even van de fiets om een brug over te steken, waarna het steil omhoog ging. De groep werd op dat korte kuitenbijtertje flink uitgedund en hierna ging de grote plaat er weer op. Na dik 50 minuten waren we boven en reden we de eerste verzorgingspost binnen. In de afdaling was geen tijd voor herstel want de strijd voor de eindoverwinning lag open. Stiebjahn plaatste een aanval en iedereen die in de remmen kneep was gezien.

We reden hele stukken 70 aan het uur over schotterpaden, ik hield m’n lippen voor de zekerheid maar stijf op elkaar want de brokken puin vlogen ons letterlijk om de oren. De aanval van Bulls leverde, behalve een nog kleinere kopgroep, niets op.

Ik voelde wel dat de benen achteruit gingen en op een van de steile klimmen liet ik de kopgroep gaan. Ik moest het nog 25 kilometer uitzingen en de finale was loodzwaar. Van achteren sloot Frey bij mij aan, samen met een Duitser van Simplon-Texpa die lek had gereden. Die had de gang er goed in en draaide de duimschroeven flink aan.

Frey kraakte bijna maar ik reed naast hem en maande hem om de aansluiting te houden, de top was in zicht. We gingen beide op de pedalen staan en sloten weer aan. Een klim later was het alsnog gedaan met de pret, maar iedere seconde telde vandaag.

Frey en ik hielden samen het tempo hoog en op de laatste klim sloten we aan bij een jongen van Lexware. Die vond het al snel te langzaam gaan, waarna ik weer de enige was die kon volgen. We werden alsnog bijgehaald door Vinzent Dorn, waarna ik moest passen. Het eind kwam aardig in de bek, maar deze mannen vormden geen bedreiging voor me in het klassement. Ik koos m’n eigen tempo maar wist ze daarmee wel in het zicht te houden.

Na een bloedsnelle afdaling kregen we als toetje kregen een ski-brug voorgeschoteld (die was zo steil). Hier werden we letterlijk omhoog geschreeuwd door al het publiek en de DJ in de Red-Bull truck, dat was wel een kippenvelmomentje. In de laatste 2 kilometer over een hobbelig knollenpad reed ik mezelf helemaal naar de vaantjes om het gat op Frey open te houden. Met mega steek in m’n zij kwam ik over de finish, gelukkig was dat goed voor plek 11 in de dagklassering en een giga voorsprong van bijna 8 minuten op de nummer 11 van het klassement.

M’n 10e plek had ik dus ruimschoots veilig weten te stellen, waarmee ik 25 UCI punten pak. Ik had mezelf gedurende de week verbaasd, het gevoel werd na iedere etappe beter en ik kon me heuvelop meten met de sterksten. Het is genieten om weer voorin mee te doen en ik heb de afgelopen week weer ontzettend veel geleerd om de komende tijd mee aan de slag te gaan.
 


LAATSTE NIEUWS

De nieuwe Schwalbe Racing Ralph/Racing Ray: Als een van de eersten mocht ik dit nieuwe dynamische duo onderwerpen aan een duurtest. Dat viel zeker niet tegen, lees snel mijn bevindingen over mijn nieuwe weapon of choice!

  [ lees verder ]